Karsien Remmers
Karsi werd op 14.2.1896 te Vlagtwedde geboren als 9e kind
en 3e zoon van Fokke Remmers en Geppien Moorlag.
Geboortebewijs
9. Hij werd genoemd naar zijn vaders broer.
Hij heeft een normaal postuur en is slank. Zijn uiterlijk
is vriendelijk en ontspannen.
6.3. Hij is goed bij. Hij wilde eigenlijk onderwijzer
worden, maar had te grote moeite met Frans. Hij interesseert zich vooral voor
dieren en weet er ook alles van, zo bleek uit een bezoek aan het dierenpark in
Emmen.
Hij is ook nog bijzonder flink. Een paar jaar geleden kwamen bij Jaap en Annie
Dijks 5 vrienden uit Vlagtwedde aangefietst, samen waren ze 400 jaar oud. Ze
wilden naar de markt in Emmen en stalden daarom hun fiets bij de Dijksen.
Na afloop gaf Annie hun een kop koffie. Karsien
inspekteerde de tuin. Eén van de vrienden merkte op dat Karsien niet te vast op
de benen was en die laatste niet had moeten nemen.
7.2. gaat graag bij zijn oom op bezoek, omdat hij dat leuk
vindt. Je kunt over alles met hem praten.
In zijn jeugd zal Karsien het ongetwijfeld gemakkelijker
hebben gehad dan zijn oudere broers en zusters. Het gezin was immers al veel
welvarender.
Hij bezocht de openbare lagere school in Vlagtwedde. Hij
had 's morgens school en 's middags van 1-3 in de winter en van 1-3.30 in de
zomer.
De zomervakantie duurde 14 dagen, de Kerstvakantie 1 week en de Paasvakantie 1
of 2 dagen. Grietje kreeg meer vrij, omdat zij de koeien moest hoeden in de
Weite.
In zijn jeugd hoepelde en tolde hij en ging het veld in om b.v. te vissen. Er
was toen nog veel wildernis rondom Vlagtwedde.
Hij hield van dieren houden, maar honden en katten waren verboden, vanwege het
wormengevaar.
Karsien had hokken vol konijnen en duiven en een tamme
torenkraai. De laatste was bang voor zijn soortgenoten. Hij liep altijd achter
de ploeg aan.
Na de lagere school ging hij naar de normaalschool in
Winschoten om onderwijzer te worden. Hij had het eerste jaar een slecht rapport
en besloot boer te willen worden, "want dan heb je een vrijer leven".
Samen met zijn 15 jaar oudere zuster Betsie ging hij op de
boerderij in Stakenburg wonen en werken. Die boerderij was vrijgekomen door het
overlijden van zijn broer Hero.
Broer en zuster waren zeer gastvrij. De familieleden kwamen
veel logeren.
Karsien
10.2.In '28 hadden we in Stakenborg gelogeerd. Oom Karsien
had me beloofd dat ik een pas geboren biggetje mee naar Zwolle zou krijgen. Toen
ik vroeg hoe ik die dan moest meenemen zei hij: "In de matrozenmutze".
Destijds droegen jongetjes nogal eens matrozenpakjes Bij
ons vertrek had ik niet meer aan mijn big gedacht. Echter...toen we dichtbij
Zwolle waren riep ik huilend: "Oom Karsien, 'k heb mien wiggie ver-geet'n".
Er werd altijd van alles aan de familie gestuurd:
aardappelen, gedroogde boontjes en appeltjes.
10.2.Na de slacht kregen we altijd iets toegestuurd.
Op zekere keer was er een stuk spek bij met nog één tepel
er aan. Oom Karsien had in de bijgevoegde brief geschreven dat de tepel voor "grote"
Eppie was. Laatste bedankte voor alles, dat hij gestuurd had en tevens voor de
tepel, en dat hij die niet nodig had, want dat hij naar Moeke kon gaan.
Het was niet altijd even gemakkelijk. Er moest heel hard
gewerkt worden en dan waren er de tegenslagen.
Uit een brief van Jantje uit 1932:
"Een week nadat wij met zijn vieren bij Karsien en
Betsie zijn geweest hebben beiden de griep gehad en hebben hun buren gedurende
een paar dagen hen moeten helpen.
Op een nacht toen K. erge hoofdpijn had dus nog voor hij wegens griep in bed
moest liggen, had hij 's avonds om ca. 11 uur nog naar de veearts gemoeten omdat
een varken van 300 pond de rug had gebroken.
De veearts om half 12 komende had gezegd "direct slachten". In die nare kou
hebben ze toen 's nachts dat varken moeten slachten en waren waren ze 's morgens
om half 4 klaar geweest.
Dien dag was de veearts teruggekomen en had het geheele varken afgekeurd en
hadden ze er maar wagensmeer van gesmolten. Je moet maar gelukkig zijn, hè?
Verleden jaar hebben ze ook al een jonge koe in de grond moeten stoppen, die met
het kalven in 't land in de sloot was gekomen en ook de rug had gebroken.
De veearts meende toen dat 't misschien nog weer beterde, doch 't is begonnen te
ontsteken en toen hebben ze de koe maar gedood en begraven."
De crisistijd ging bepaald niet ongemerkt voorbij. Ze
hadden "veel last van de ambtenaren" en hun beperkende maatregelen.
Karsien met zijn paarden in 192x
Boerderij in Stakenborg, 192x
.onder Jaapkina(Jo) Mik voor haar huwelijk
Ook de controle van de oude Fokke Remmers was vaak niet
mals. Als hij kwam om te inspekteren of alles naar zijn wens was, moest Karsien
zijn motorfiets, een Eysink 250 cc, ijlings in veiligheid brengen en verstoppen
onder iets.
1.1. Het vernietigen van de oogst, weliswaar met uitkering
van een vergoeding waren weerzinwekkend voor Betsie en Karsi.
In de oorlog, toen voedsel schaars werd, deden ze extra hun
best om nog wat voor hun familieleden, vooral die in het Westen,te regelen.
Uit een brief van Karsien naar Santpoort: "we hebben de
aardappelen zoowat aan kant. Ze zijn aan de fabriek afgeleverd. Gaarne zou ik dus
spoedig vernemen of U een vervoerbewijs kunt krijgen, want dan kunnen we de
aardappelen afzenden, voordat het winter wordt."
Bovendien hadden ze veel familieleden te logeren, zonder
bonnen, om ze bij te laten eten.
Op 24.03.1943 trouwde Karsi met Jo Mik. Betsie
ging toen voorgoed naar het ouderlijk huis in Vlagtwedde.
Huis te Vlagtwedde
10.2. Toen ik in de oorlog naar Duitsland (Hamburg) moest
voor de "Arbeitseinsatz" heeft mijn moeder een brief aan oom Karsien geschreven
met de vraag of hij een mogelijkheid kon vinden dat ik bij een boer in de
grensstreek terecht kon. Hij zocht...en vond 't. Toevallig?? kwam ik, via Abel
Beenker, een Duitse boer, bij een grote boerderij, waar ook Johannes Mik, een
broer van tante Jo, werkzaam was.
Als ik een paar dagen naar huis mocht ging ik
in de namiddag op de fiets van Kluse naar tante Jo en oom Karsien. Daar kon ik
eten en slapen om de volgende morgen verder te gaan. Dit gold niet alleen voor
mij, maar ook voor een Zwolse jongen, die bij mij in de buurt werkte. Ik ben
oom K. en tante J. daar nog steeds dankbaar voor.
Op 8.11.1944 werd op de boerderij een dochtertje, Weertdina
Geppiena, geboren. Betsie ging sukkelen met haar gezondheid.
Uit een brief van K, zomer 1945: "Met Betsie gaat het niet
zoo best; wat ze heeft weten we niet, maar ze moet worden geopereerd misschien,
en toch is ze niet ziek. Ze is hier laatst nog bij me geweest. Ze heeft nogal
wat pijn in denrug en soms ook in den arm. Als de stumper nu ook nog maar niet
ziek wordt. We zullen evenwel goed voor haar zorgen, hoe het ook komt."
Betsie werd nog geopereerd, maar werd steeds zieker en
hulpbehoevender. Begin 1947 trok Jo bij haar in, in Vlagtwedde, om haar te
kunnen verzorgen. Betsie stierf op 28.4.1947.
Karsien en Jo besloten om met de
kleine Dientje in het huis in Vlagtwedde te gaan wonen. De boerderij werd
verpacht.
Dina groeide op in het oude huis in Vlagtwedde.
Ze heeft nooit het gevoel gehad oude ouders te hebben.
Integendeel. Ook haar vriendinnen hadden altijd goed kontakt met haar ouders. Ze werd kleuterleidster en was gedurende 7 jaar hoofdleidster van de
Christelijke Kleuterschool in Vlagtwedde.
17 augustus 1967 - vlnr Mien van Wijk, Karsien Remmers, Dian Remmers, Jo Mik,
Pieter van Vrede
Dina trouwde met Jan Kruize. De pacht van de boerderij
liep juist af. Ze knapten het huis op en betrokken de boerderij.
Hier werden
Joke en Jarke geboren. De 2 kinderen gingen in Vlagtwedde op school. Daardoor
hadden Karsien en Jo bijna dagelijks kontakt met hen en dat hebben ze nog
steeds.
Ook komen er heel regelmatig familieleden op bezoek, die steeds zeer
gastvrij ontvangen worden. Dit veelvuldig kontakt met jonge mensen zal
ongetwijfeld een belangrijke reden zijn, dat ze nog zo flink en jong van hart
zijn.
Gedurende zijn lange leven heeft Karsien veel brieven geschreven.
Deze zijn niet alleen keurig geschreven in een mooi
regelmatig handschrift en bijna zonder spelfouten (een uitzondering bij de
familie Remmers), maar ook goed van opbouw en met een boeiende inhoud.
Kortom ze zijn een plezier om te lezen.
Waarschijnlijk heeft hij de brieven steeds goed overdacht
en er de nodige aandacht aan besteed.
Het lijkt dan ook jammer dat hij niet gewoon meer
geschreven heeft: verhalen, herinneringen of een roman.
Foto
Links boven: de oudst bekende brief in pen geschreven. Deze
dateert uit november 1945.
De oudere brieven zijn alle in potlood geschreven. Ook
Jantje, die eveneens veel en goede brieven schreef placht veel in potlood te
schrijven.
Foto
Links onder: uit een brief van oktober 1985, dus op bijna
90-jarige leeftijd geschreven. Voor dit boek beantwoordde hij een flink aantal
brieven met vragenlijsten. Elke vraag werd steeds uitvoerig beantwoord.
Nageslacht:
Karsien Remmers Vlagtwedde geboren 14.02.1896
overleden 03.04.1993 (landbouwer)
gehuwd met Jaapkina Mik Nieuwe Pekela geboren 12.1.1908 overleden 03.03.1992 (voor haar huwelijk
hulp in de huishouding bij ds. de Vries in Vlagtwedde)